Tijdens het culturele stadsfestival Antwerpen Barok 2018. Rubens inspireert plaatst het M HKA, het Museum van Hedendaagse Kunst Antwerpen, de geest van de barokmeesters tegenover de visie van hedendaagse topkunstenaars. Met de tentoonstelling Sanguine/Bloedrood wil curator Luc Tuymans de bezoeker overweldigen door sleutelwerken uit de barok van onder anderen Francisco de Zurbarán, Caravaggio en Anthony van Dyck in dialoog te plaatsen met werk van klassieke hedendaagse meesters, zoals On Kawara en Edward Kienholz, aangevuld met nieuw werk van hedendaagse sterren zoals Zhang Enli, Takashi Murakami, Michaël Borremans, Sigmar Polke en Tobias Rheberger.

antwerpenbarok2018.be

Cornelis De Vos

Koninklijk Museum voor Schone Kunsten, Antwerpen, © www.lukasweb.be - Art in Flanders vzw, foto Hugo Maertens
Abraham Grapheus, 1620
Schilderij , 121 x 103 x 1.5 cm, 144.5 x 126 x 8.5 cm
oil on panel

Abraham de Graef (c. 1545/50–1624) of Grapheus, zoals men hem ook wel noemde, werd in de Antwerpse Sint-Lucasgilde opgenomen in 1572. Oorspronkelijk wou hij zelf kunstenaar worden, maar die wens ging blijkbaar niet in vervulling, want schilderijen van zijn hand kennen we niet. Wel bewijzen betalingen dat hij als letterschilder en vergulder actief was. Vanaf het midden van de jaren 1580 ontplooide Grapheus zich als concierge en boekhouder, als griffier, kassier en boodschapper. Verder organiseerde hij de veilingen van goederen na het overlijden van gildeleden en voerde hij de regie bij theateropvoeringen.

Grapheus was bij zijn vakbroeders erg geliefd. Frans Pourbus de Oude portretteerde hem als twintiger (The Fine Arts Museums of San Francisco). Maerten de Vos beeldde hem in 1602 af als verfwrijver, links in de achtergrond op het altaarstuk Sint Lucas schildert de Maagd (Antwerpen, KMSKA) en Jacob Jordaens gebruikte hem meermaals als model bij het schilderen van tronies. Wanneer Grapheus’ zoon in 1616–17 in taverne De Drij Reepkens in de Korte Gasthuisstraat gasten verwondt met een mes, leggen zijn kunstbroeders geld samen om de slachtoffers te vergoeden. In 1620 portretteert Cornelis de Vos hem in het hier getoonde schilderij als deken van de gilde, in vol ornaat, het bovenlichaam met breuken bedekt. Het uitgestalde gildezilver zal door Franse revolutionairen in 1794 in beslag worden genomen.

Tekst: Nico Van Hout, 2018